Hans Theys is a twentieth-century philosopher and art historian. He has written and designed dozens of books on the works of contemporary artists and published hundreds of essays, interviews and reviews in books, catalogues and magazines. All his publications are based on actual collaborations and conversations with artists.

This platform was developed by Evi Bert (M HKA / Centrum Kunstarchieven Vlaanderen) in collaboration with the Royal Academy of Fine Arts in Antwerp (Research group Archivolt), M HKA, Antwerp and Koen Van der Auwera. We also thank Idris Sevenans (HOR) and Marc Ruyters (Hart Magazine).

ESSAYS, INTERVIEWS & REVIEWS

Ann Veronica Janssens - 2008 - In het teken van het maanlicht [NL, review]
Review , 2 p.




__________

Hans Theys


In het teken van het maanlicht
Over een tentoonstelling van Ann Veronica Janssens



Op dit ogenblik zijn er twee gelijktijdige solotentoonstellingen met werk van Ann Veronica Janssens te zien: bij Micheline Szwajcer in Antwerpen en bij Esther Schipper in Berlijn.

In Berlijn toont ze een verrijkte variant van het Cabinet dat ze in 2004 creëerde voor de tentoonstelling One by One in het Herman Teirlinckhuis in Beersel. Nadien toonde ze het bij Micheline Szwajcer en uiteindelijk werd het aangekocht door een Franse instelling. Het gaat om een twaalftal proefopstellingen die zijn overgebleven van het voorbereidende werk voor grotere ingrepen. Samen vormen ze een feeëriek laboratorium dat een blik biedt op de bezigheden van deze onafgebroken studerende kunstenares die, vertrekkend van oude of nieuwe wetenschappelijke of technologische bevindingen, een geheel eigen, alsmaar uitbreidende tuin van beelden en ervaringen uitbouwt.

De tentoonstelling in Antwerpen bestrijkt twee zalen. In de eerste zaal vinden we zeven projecties, vier monitoren met beelden en één lichtsculptuur. In de tweede zaal vinden we drie sculpturen.
    Het eerste werk heet Cocktail-sculptuur. Het is een magisch spiegel-aquarium van 70 x 70 x 70 cm, waarin een 10 cm brede laag paraffine-olie op een 40 cm brede laag water drijft.
    ‘Het gaat om de kleurbreking,’ vertelt Janssens, ‘als je hier komt staan dan zie je dat het licht dat wordt opgevangen door de olie minder groen is.’
   De tweede sculptuur heet Tropical Moonlight: een met wit bladgoud beklede golfplaat die als luxueus afdakje in de ruimte zweeft.  ‘De tentoonstelling staat in het teken van het maanlicht,’ zegt Janssens.
    De derde sculptuur is een brede, stalen staaf die aan één zijde gepolijst is en als een opbollende, schijnbaar vloeibare spiegel van kwikzilver opglanst en beelden reflecteert.

Voor de tweede zaal verzamelde Janssens een aantal films die ze de voorbije jaren en maanden maakte. De toeschouwer betreedt een verduisterde ruimte waarvan de vloer bezaaid is met tientallen kabels die gaandeweg werden aangevoerd om de installatie mogelijk te maken. De opstelling is functioneel, zonder poespas, maar donker. Op de beelden herkennen we het drie eeuwen oude observatorium Jantar Mantar in het Indische Jaipur; de kleine en de grote zonne-oven in het Franse dorpje Odeillo; een in Turkije gefilmde zonsverduistering, opnames in duizendsten van een seconde van aanfloepende lampen; enzovoort. Samen nodigen de beelden ons uit op de vloer te gaan liggen of zitten en ons te laten betoveren door hun traag verglijdende grijswaarden. Beelden die je op de monitoren ziet, worden in lichtjes gewijzigde vorm geprojecteerd op de muur. Op een monitor zien we videobeelden van de kleine zonne-oven, de geprojecteerde beelden van dezelfde oven werden gemaakt met een super-8 camera.
 

Kosmische sneeuw

Ann Veronica Janssens leidt mij rond. Soms toont ze iets. Het zwakke schijnsel van Jupiter, bijvoorbeeld, boven de nauwelijks zichtbare, ronde boord van een reusachtige zonnewijzer.

    ‘Ik hoop dat je er geen interview van maakt,’ zegt ze. ‘Ik heb liever dat je zelf iets vertelt.’

    ‘Ik ga schrijven dat je werk zowel duister als lichtvoetig is, beklemmend en bevrijdend en vooral zeer serieus en grappig tegelijk,’ zeg ik.

    Ze lacht. ‘Vooral dat super-8 filmpje van de kleine zonne-oven,’ vertelt ze, ‘gefilmd tijdens een sneeuwbui…’

    ‘Met een bevende camera,’ voeg ik eraan toe. En dan kijken we een beetje naar het ruisbeeld op een van de monitoren, dat ze Neige cosmique heeft genoemd.

    ‘Ruis is de vertaling in een beeld van wat een televisie opvangt zonder antenne,’ glimlacht ze…

    Een grote projectie toont een zonsondergang en intredende schemering, gefilmd met een camera die opkijkt naar een van de monumentale meettoestellen van Jantar Mantar.

    ‘Normaal gezien zou je hier de Poolster moeten zien verschijnen,’ vertelt ze, ‘de ster die oriëntatie mogelijk maakt. Maar door het licht van de stad zie je er niks van… Het is een beetje zoals de groene straal die je schijnt te kunnen zien net nadat de zon is ondergegaan,’ vervolgt ze. ‘Soms denk je dat je die streep hebt gezien, maar je weet nooit of het geen inbeelding was.’

    ‘Sommige gebouwen en meettoestellen lijken in jouw filmbeelden op maquettes,’ merk ik op.

    ‘Dat klopt. Voor mij gaan deze films over architectuur,’ antwoordt ze, ‘en over de manier waarop architectuur sculpturaal kan worden. Ongelooflijk toch, hoe modern de bouwsels van Jantar Mantar aandoen… In deze film, bijvoorbeeld, zie je twee meettoestellen die bestaan uit zwevende, witmarmeren koepels met uitgespaarde gedeelten. De koepels zijn complementair. Waar in de ene koepel marmer zit, ontbreekt het marmer bij de andere. Op het marmer zijn sterrenkaarten aangebracht, die aan de hand van slagschaduwen van kleine uitsteeksels, voorwerpen in de hemel benoemen. Om te voorkomen dat je te lang moet wachten zijn er twee meettoestellen, die elkaar aanvullen.’

    ‘Op de monitor zien we de echte zonsverduistering,’ zeg ik, ‘maar het geprojecteerde beeld toont een ingekleurde versie. Waarom?’

    ‘Omwille van de picturaliteit,’ antwoordt ze, ‘ik probeer het bestaande beeld een extra dimensie te geven.’

    ‘Wat zou je daarmee bedoelen?’ vraag ik.

    ‘Pour le plaisir de la couleur,’ voegt ze er dan glimlachend aan toe.

    En dan blijven we nog een tijdje samen kijken, liggend tussen de kabels, terwijl Maurice schaduwspelletjes uitvindt… (Als we de galerie verlaten, hangt de zon als een zilveren schijf in een stoffige, mistige hemel.)


Montagne de Miel, 30 oktober 2008