Hans Theys est un philosophe du XXe siècle, agissant comme critique d’art et commissaire d'exposition pour apprendre plus sur la pratique artistique. Il a écrit des dizaines de livres sur l'art contemporain et a publié des centaines d’essais, d’interviews et de critiques dans des livres, des catalogues et des magazines. Toutes ses publications sont basées sur des collaborations et des conversations avec les artistes en question.

Cette plateforme a été créée par Evi Bert (Centrum Kunstarchieven Vlaanderen) en collaboration avec l'Académie royale des Beaux-Arts à Anvers (Groupe de Recherche ArchiVolt), M HKA, Anvers et Koen Van der Auwera. Nous remercions vivement Idris Sevenans (HOR) et Marc Ruyters (Hart Magazine).

ESSAYS, INTERVIEWS & REVIEWS

xpo - 2010 - Flesgeesten [NL, concept text], 2010
Texte , 1 p.




__________

Hans Theys


Flesgeesten


Ziehier het ‘concept’ van deze tentoonstelling: Bart Lodewijks en Tamara Van San worden uitgenodigd ter plaatse werk te creëren. Van de andere kunstenaars wordt werk getoond dat ik mooi vind… Toen ik vorig jaar schreef dat het werk van Tamara Van San ‘het eeuwige opdoemen van beelden uit de materie’ ensceneerde, dacht ik niet alleen aan de jonge held van Prousts À la recherche du temps perdu, die urenlang naar voorwerpen kon kijken in de hoop te doorvorsen op welke geheime wijze ze bepaalde beelden, gedachten of gevoelens in hem opriepen (niet vermoedend dat die beelden en gevoelens al in hem woonden), maar ook aan mijn bevindingen dat het werk van veel kunstenaars lijkt voort te komen uit een minder vanzelfsprekende werkelijkheidservaring. Kunstenaars zien spoken, omdat de gangbare beelden die ze geacht worden over de werkelijkheid te draperen, hen niet meer overtuigen. De oude manier van kijken werkt niet meer. De licht weerkaatsende, moleculaire koraalstructuur van de werkelijkheid breekt door het dunne vlies dat we er proberen overheen te spannen en doet zich voor als onherkenbaar, onkenbaar, ongetemd en onbeheersbaar. Anderzijds hebben veel kunstenaars het vermogen structuren te zien waar ze niet zijn, zodat ze ongetemde materie kunnen ordenen. Hun nieuwe vormen zijn ontroerend, omdat ze de wereld lijken te verruimen door ons op een nieuwe manier te leren kijken. Ook zijn we ontroerd, omdat we de wankele en onvaste wereld herkennen die we ons vaag herinneren uit onze kindertijd, toen de dingen nog geen vaste vorm of naam hadden, of uit de wereld van onze dromen, waarin die onvaste wereld onbelemmerd doorgaat met bestaan.


Montagne de Miel, 5 februari 2010