Panamarenko
Bing of the Ferro Lusto (model), 2002
Na de General Spinaxis van 1968 neemt Panamarenko's interesse voor vliegende schotels en hun aandrijfmechanisme gaandeweg toe. In de jaren die volgen bouwt hij niet alleen nieuwe ruimtetuigen, hij onderzoekt ook de verschillende mogelijkheden om de bestaande magnetische velden in de ruimte aan te wenden als kosmische autostrades waarop zijn vliegende schotels tussen de planeten kunnen zweven. Voor dit ruimteproject, dat hij vanaf de jaren zeventig blijft uitbreiden en verbeteren, bedenkt hij de omvattende titel Reis naar de Sterren. Onder invloed van de ufologie en tal van sciencefictionfilms ontwerpt hij achtereenvolgens de ruimtetuigen Worp I, Adamski Schotel en Flying Cigar called Flying Tiger .
In 1997 resulteert zijn fascinatie voor de kosmos in het ultieme project Ferro Lusto, dat hij omschrijft als een ruimteschip van achthonderd meter lang en geschikt voor vierduizend man.
Panamarenko omschrijft de Ferro Lusto als het moederschip dat verschillende transportmiddelen, die hij de 'Bings' noemt, aan boord heeft. Zijn vliegende schotel Bing of the Ferro Lusto moet dan ook gezien worden als een deel van een veel groter geheel, dat zich tussen de planeten en het ruimteschip moet kunnen verplaatsen. Uit een tekening van 1990 blijkt dat de motor die Panamarenko voor het transportmiddel gebruikt, aanvankelijk de Quadrac Motor genoemd wordt. De motor bestaat uit twee paar cilinders die parallel in een metalen blok ingebracht worden. Het woord 'quadrac' verraadt dat de motor over vier zuigers beschikt, die beurtelings een opwaartse en een zijwaartse beweging maken.
Voor de naam Ferro Lusto laat Panamarenko zich dan weer inspireren door de film The Lady from Shanghai van Orson Welles uit 1947. Op een bepaald moment hoor je op de radio een reclameboodschap: 'Brillo Lusto, this is your hair, this is your man!' En toen dacht ik: dat klinkt niet slecht, maar ik maak er 'Ferro' Lusto van. Want ferro is ijzer en Ferro Lusto klinkt heel goed voor een vliegende schotel.
(bron: Hans Willemse en Paul Morrens, in: 'Copyright Panamarenko', 2005)