Hans Theys is a twentieth-century philosopher and art historian. He has written and designed dozens of books on the works of contemporary artists and published hundreds of essays, interviews and reviews in books, catalogues and magazines. All his publications are based on actual collaborations and conversations with artists.

This platform was developed by Evi Bert (M HKA / Centrum Kunstarchieven Vlaanderen) in collaboration with the Royal Academy of Fine Arts in Antwerp (Research group Archivolt), M HKA, Antwerp and Koen Van der Auwera. We also thank Idris Sevenans (HOR) and Marc Ruyters (Hart Magazine).

ESSAYS, INTERVIEWS & REVIEWS

Clément Jacques-Vossen - 2024 - Het geheim van de eenhoorn [NL, essay]
Text , 1 p.

 

 

 

__________________________

Hans Theys

 

Het geheim van de eenhoorn

Over een solotentoonstelling van Clément Jacques-Vossen bij Galerie P in Oostende

 

Ongeveer dertig jaar geleden overkwam het mij een boterham met kaas te bestellen in de kantine van de Schaarbeekse Sint-Sebastiaansgilde. De maaltijd werd opgediend zonder de garnering die we in de huidige toeristenwereld gewend zijn: je kreeg gewoon een doorgesneden dubbele boterham op een klein bord, alsof je thuiskwam bij je oma, als die geboren was voor 1910. In de wonderlijke kroniek Villégiatures, getuigt Paul Léautaud van het ontstaan van het Franse toerisme: een gevolg van de Eerste Wereldoorlog, die leidde tot een vlucht uit Parijs en een tijdelijk nestelen in de provincie. Verwonderd stelt hij vast dat toeristen nieuwe kleren dragen; zelfs als ze in de hoofdstad blijven, voorzien sommigen zich in de zomer van een jagershoed en stapschoenen om aan te geven dat ze congé hebben.

De schilderijen, tekeningen, sculpturen en performances van de perfect tweetalige Brusselaar Clément Jacques-Vossen (°1996) zijn onlosmakelijk verbonden met zijn betrokkenheid bij verschillende verenigingen, waaronder de Schaarbeekse Sint-Sebastiaansgilde, die vandaag in handen is van jongeren die, net als in China of Oost-Europa, opnieuw de waarde ontdekken van de traditie. Niet op een nationalistische manier, maar vanuit een bewondering voor ambachten, een traag-menselijke omgang met de werkelijkheid en pre-ideologische waarden. Zo sluit Jacques-Vossens praktijk naadloos aan bij de traditie van de stadsschilder, die in de tijd van Rogier Van der Weyden verantwoordelijk was voor de vlaggen, wapenschilden en andere parafernalia die gepaard gingen met stedelijke vieringen.

De mens in wording (die wil worden wie hij, zij of hun is), de kunstenaar-parvenu, geeft gestalte aan alter ego’s die zich bekwamen in de schermwedstrijd tussen droom en werkelijkheid. De wandelaar van Baudelaire, die volgens Walter Benjamin mentaal de degens kruist met onbekende voorbijgangers, de vertellers bewondering voor Madame de Guermantes in de Recherche, Warhols vieren van Marilyn Monroe’s beeltenis, de heteroniemen van Fernando Pessoa, Borges’ bewering dat Don Quijote een verzinsel was van Sancho Panza… Kruistochten, helmboswuivende ridders, eretekenen, blazoenen, uniformen, strijdrossen, lansen, tabbaards, harnassen, zelfportretten, verborgen boodschappen en kastelen met geheime kamers, wenteltrappen, jonkvrouwen en onvindbare schatkamers. Romans, stripverhalen, moderne films, oorlog, liefde en een onverhoopte thuiskomst.

Op een dag ontmoette ik de kunstenaar in Ukkel. Bij het afscheid vroeg ik hem wat hij nadien wilde doen. ‘Ik ga de hippodroom in Bosvoorde bezoeken,’ antwoordde hij. ‘Zal ik je brengen?’ vroeg ik. ‘Neen,’ klonk het opgewekt, ‘ik loop gewoon door het Zoniënwoud. Binnen een paar uurtjes ben ik er.’ Een bijzonder man, deze negentiende-eeuwse dandy, die zelfs flaneren kan in een woud.

En hij maakt prachtige schilderijen. Werken met prachtige achtergronden die hier en daar doorschemeren, als grap. Geweven voorwerpen die tegelijk beelden zijn. En gedachten. Vehikels voor een diepe, persoonlijke wording, die ontroert.

 

Montagne de Miel, 6 januari 2024